Je ziet hier alle delen van de passie De lastpost in hun
nieuwste versie.
Hendrik Jan & Willibrord herzien af en toe nog een
deel.
Ook komen er meer en meer vereenvoudigde versies,
klavieruittreksels, en instrumentale begeleidingen.
Verspreid de muziek en de teksten niet, maar link
er gerust naar.
De partij van de vragende en klagende priesters en
bijbelkenners is vervangen door een meer reflectieve
Kajafas.
De vrouwenpartijen zijn grotendeels gelijk
gebleven.
De parabel
Zoals dat gaat (SSA) is
geheel gelijk gebleven.
De volkspartij bevat nu alleen het tweede en derde deel van
Dat zegt hij goed (groot koor SATB).
Er is nog geen video-opname van deze nieuwe versie.
Voor klein koor TB, klein koor SSA;
groot koor SATB
Hij ging de tempel binnen en tijdens zijn onderricht kwamen de
hogepriesters en oudsten van het volk naar Hem toe en zeiden: 'Met welke
bevoegdheid doet U dit? En wie heeft U die bevoegdheid gegeven?'
Jezus
gaf hun als antwoord: 'Ik zal u ook één vraag stellen, en als u daarop
antwoordt, zal Ik u ook zeggen met welke bevoegdheid Ik dit doe. Waar
kwam de doop van Johannes vandaan? Van de hemel of van de mensen?'
Ze
overlegden met elkaar en zeiden: 'Als we antwoorden: "Van de hemel", dan
zal Hij tegen ons zeggen: "Waarom hebt u hem dan geen geloof
geschonken?" Maar als we zeggen: "Van de mensen", dan hebben we de
menigte te vrezen, want allemaal houden ze Johannes voor een profeet.'
Ze gaven Jezus als antwoord: 'We weten het niet.' Toen zei Hij tegen
hen: 'Dan zeg Ik u ook niet met welke bevoegdheid Ik dit doe.
Gelijkenis van een vader met twee zonen
Maar wat denkt u hiervan? Iemand had twee zonen. En hij ging naar de
eerste en zei: "Jongen, ga vandaag in de wijngaard werken." Hij
antwoordde: "Nee, ik wil niet." Later bedacht hij zich en ging toch.
Toen ging hij naar de tweede en zei hetzelfde. Die antwoordde: "Goed,
heer." Maar hij ging niet. Wie van de twee heeft de wil van de vader
gedaan?'
Ze zeiden: 'De eerste.' Jezus zei hun: 'Ik verzeker u,
tollenaars en hoeren gaan u voor naar het koninkrijk van God. Toen
Johannes naar u toe kwam op de weg van de gerechtigheid, hebt u hem geen
geloof geschonken. De tollenaars en de hoeren hebben hem wel geloof
geschonken. Maar u hebt zich ook later, toen u dat zag, niet bedacht en
hem geen geloof geschonken.
Gelijkenis van de vruchten
Luister naar een andere gelijkenis. Er was eens een landeigenaar die een
wijngaard aanlegde. Hij zette hem met een omheining af, groef er een
perskuil in en bouwde er een wachttoren. Hij verpachtte hem aan
wijnbouwers en vertrok naar het buitenland.
Maar toen de tijd van de
vruchten gekomen was, stuurde hij zijn slaven naar de wijnbouwers om de
vruchten in ontvangst te nemen. De wijnbouwers grepen zijn slaven vast;
de een gaven ze een pak slaag, een ander doodden ze, een derde stenigden
ze.
Hij stuurde toen andere slaven, meer dan de eerste keer, en ze deden
met hen hetzelfde.
Later stuurde hij zijn zoon naar hen toe, met de
gedachte: mijn zoon zullen ze ontzien. Maar toen de wijnbouwers de zoon
zagen, zeiden ze tegen elkaar: "Dat is de erfgenaam. Kom, laten we hem
doden en zijn erfdeel in bezit nemen." Ze grepen hem vast, gooiden hem
de wijngaard uit en doodden hem.
Welnu, wanneer de eigenaar van de
wijngaard komt, wat zal hij dan met die wijnbouwers doen?'
Ze gaven Hem
ten antwoord: 'Hij zal die ellendelingen een ellendige dood bezorgen, en
de wijngaard zal hij aan andere wijnbouwers geven, die vruchten aan hem
afdragen wanneer het er de tijd voor is.'
Jezus zei tegen hen: 'Hebt u
nooit in de Schriften gelezen: De steen die de bouwlieden afgekeurd
hadden, die is de hoeksteen geworden. De Heer heeft dit gedaan; het is
een wonder in onze ogen?
Daarom zeg Ik u: Het koninkrijk van God zal u
ontnomen worden en gegeven worden aan een volk dat de vruchten van het
koninkrijk voortbrengt. Wie over deze steen valt, valt te pletter, en
als hij op je valt, word je vermorzeld.'
Ze zochten naar een gelegenheid om Hem te grijpen
Toen de hogepriesters en de farizeeën zijn gelijkenissen hoorden,
begrepen ze dat Hij over hen sprak. Ze zochten naar een gelegenheid om
Hem te grijpen, maar waren bang voor de mensen, omdat die Hem voor een
profeet hielden.
Wat moet ik met die man?
Die lastpost, die rebel, die losgeslagen leraar.
Hij maakt de mensen wild, ze maken hem veel te groot.
Jezus
De wereld moet eens opgeschoond,
de hele boel wordt omgekeerd!
Wie machtig is, wordt weggehoond,
Wat mensen vasthoudt, losgescheurd!
Er komt al snel een nieuwe wereld aan
waar wie nu huilt, weer lachen kan
Wie nu wordt onderdrukt, mag dan gaan staan
Wie nu nog schuilt, die huppelt dan.
Geloof me maar, dat dwang of heerschappij
geen plaats heeft in mijn koninkrijk
Geen hoog of laag, want ieder mens is vrij
aan ieder ander mens gelijk.
Mensen op het plein
Dat zegt hij goed, dat dwang of heerschappij
geen plaats heeft in zijn koninkrijk
Geen hoog of laag, want ieder mens is vrij,
aan ieder ander mens gelijk.
Kajafas
Wat moet ik met die man?
Ik zet hem op zijn plek, want ik ben hogepriester.
Hij schudt zijn hoofd en lacht.
Dan zet hij me in mijn hemd,
want hoor maar eens wat hij vertelt.
Jezus (parabel)
Een wijnboer nam beheerders aan
Hij zei: "Verzorg mijn wijngaard goed.
En als de druiven rijpen gaan,
dan delen wij haar overvloed."
Toch kwam het van dat delen nooit:
want elke knecht die kwam om huur
werd uitgejouwd, op straat gegooid
en bont en blauw weer weggestuurd.
Tenslotte zond de boer zijn zoon
Hij dacht: "Hem doen ze vast geen kwaad."
Toch sloegen ze hem dood, gewoon,
zoals dat in de wereld gaat.
Kajafas:
Wat was dat voor verhaal?
Die zoon, is hij dat zelf? Wij priesters de beheerders?
En heeft hij geen respect? Geen eerbied voor
ons gezag?
Jezus
Je hoort het, maar je snapt het niet.
Mijn woorden waaien als de wind
en wie erin geen waarheid ziet
is horend doof en ziende blind!
De waarheid is dat op een dag de macht
van wie zich nu nog heel wat vindt,
van koning, keizer, heerser, hooggeacht
verwaait als stofjes op de wind!
Mensen op het plein
Zo zal het zijn: de dag komt dat de macht van God de wereld overwint, de dag dat koning
Jezus, langverwacht, zijn vredesrijk bij ons begint!
Kajafas:
Wat doen we met die man?
We moeten van hem af! Want denk aan de Romeinen:
Die branden alles plat, als dit een opstand wordt!
Hij moet dus weg, die man!
Maar wacht: niet op het feest, dat geeft te veel gedonder.
Ver bij zijn fans vandaan, want anders lukt het niet.
Maar wat, wanneer en hoe? Wie kan ons daarbij tippen?
Misschien een spijtoptant, die niets meer in hem ziet…?